Parlementaire vraag: de schaalvergroting van onze politiezones

Vraag:

De schaalvergroting van onze politiezones (SV 362).


"De politie is een zinkend schip", met die scherpe woorden pakte professor Jelle Janssens op 7 februari 2021 uit in de pers. Het standpunt van de professor zou ons zeker niet onbekend mogen zijn, want al jaren lang pleiten hij en zijn onderzoeksteam voor een schaalvergroting van de lokale politiezones. Dit onder meer in de pers, maar even goed meermaals in de Commissie Binnenlandse Zaken.

De redenen hiertoe zijn evident. Vandaag de dag bestaat ons land uit 185 politiezones, die elk hun eigen plan moeten trekken en voor een resem aan verantwoordelijkheden staan. Het voeren van ingewikkelde financiële onderzoeken, het aanpakken van cybercriminaliteit en het opsporen van drugslabs, enz. Het zijn stuk voor stuk opdrachten die tot de orde van de dag behoren voor de lokale zones. Dit gaat heel wat lokale zones hun petje te boven. Niet omwille van een gebrek aan kennis, maar simpelweg door het feit dat er te weinig mankracht aanwezig is op het terrein, en voornamelijk dat de nodige financiële steun steeds uitblijft.

Onze lokale zones, en zeker de kleinere, zitten met de handen in de haren. Ze hebben het bijzonder moeilijk, en de vraag is maar hoelang de minimale basiszorg voor onze burgers gegarandeerd kan blijven. Onze burgemeesters zijn zich bewust van de problematiek, korpschefs zoeken toenadering bij hun collega's, maar wat ontbreekt is de begeleiding naar de fusie.

1. Bent u er van overtuigd dat de bestaande zones te klein zijn?

2. Zijn de aanbevelingen van professor Janssens, in navolging van het onderzoek van Brice De Ruyver, onder andere in de Commissie Binnenlandse Zaken, de aanzet tot een hervorming?

3. Wat is uw concreet plan van aanpak hierrond, maar ook met betrekking tot de nieuwe financieringswet voor de politie?

4. Wordt er nog werk gemaakt van een eengemaakte zone in Brussel, of is dit geen prioriteit meer?

5. Welke rol verwacht u dat de Commissie Binnenlandse Zaken vervult, om onze burgemeesters, korpschefs en politiemensen bij die fusiebewegingen te steunen?


Antwoord:
Schaalvergroting verhoogt de slagkracht van een organisatie. In een zoektocht naar de meest efficiënte beheers- en organisatiestructuren komt men vaak uit op de vaststelling dat door samen te werken bepaalde “winsten” kunnen worden geboekt.

 De vrijwillige samensmelting (fusie) van politiezones is één middel om hiertoe te komen, naast associaties en andere samenwerkingsverbanden. Deze initiatieven worden aangemoedigd, in afwachting van de resultaten van de nog op te richten multidisciplinaire commissie, die zal trachten om het reeds lang bestaande vraagstuk naar de optimale schaalgrootte uit te klaren. De situatie van Brussel zal in deze ruime oefening worden meegenomen. De aanbevelingen uit het wetenschappelijk onderzoek inzake schaalvergroting onder leiding van de UGent (2018) kunnen zeker een bijdrage leveren. De samenstelling, modaliteiten en werkwijze van de commissie moeten nog nader bepaald worden.

De zoektocht naar de optimale schaalgrootte moet uiteraard gekoppeld worden aan de financiering en ook op dit vlak zal de commissie haar voorstel doen, gezien er nood is aan een objectief en transparant model dat stoelt op een hervorming en integratie van de bestaande federale politiedotaties en -subsidies. Het verkeersveiligheidsfonds en andere federale preventiemiddelen moeten hier ook in rekening worden gebracht. Het resultaat m.b.t. de financiering zal dienen als stimulans voor het bepalen van de ideale taillegrootte en niet het ideale aantal zones. De huidige hoorzittingen over het financieringsmodel zullen op dit vlak een meerwaarde bieden.

In een gezonde democratie controleert het parlement de ministers en niet omgekeerd. Het is bijgevolg niet aan mij om verwachtingen ten aanzien van de commissie te uiten. Ik hoop uiteraard op een vlotte en constructieve dialoog ten aanzien van dit, en andere onderwerpen. Gezien de grote lokale verankering van het parlement is er zeker de opportuniteit om de wensen en gevoeligheden van het terrein, ter aanvulling van de studie, weer te geven in deze commissie.

Vorige
Vorige

CD&V steunt de vraag van de cultuursector en wil het Covid Safe Ticket ook op kleine evenementen

Volgende
Volgende

Parlementaire vraag: Culturele instellingen - CEO BOZAR